Financiële begroting

Financiering

De ontwikkeling van de financieringspositie is bepalend voor de toekomstige ontwikkeling van de omvang van de leningenportefeuille (het lang vreemd vermogen). Uit de hiernavolgende investerings- en financieringsstaat blijken de verwachte financieringstekort/-overschot. Eventuele tekorten worden afgedekt door middel van het aantrekken van langlopende kasgeldleningen (kort vreemd vermogen).

Bedragen (x € 1.000)

rekening 2020

begroting 2021

begroting 2022

begroting 2023

begroting 2024

begroting 2025

(Im-)materiële vaste activa

57.013

61.382

75.479

83.877

83.874

83.872

Financiële vaste activa

8.259

8.002

7.726

7.450

7.305

7.129

Totaal vaste activa

65.272

69.384

83.205

91.327

91.179

91.000

Voorraden (OHW)

31.819

45.153

58.764

55.054

50.256

52.256

TOTAAL VASTE ACTIVA EN VOORRADEN (A)

97.090

114.536

141.969

146.381

141.435

143.256

Eigen vermogen:

Algemene reserve

4.131

4.729

4.705

4.292

4.292

4.292

Bestemmingsreserves

42.165

35.442

35.986

35.760

36.108

36.527

Vreemd vermogen:

Voorzieningen

9.604

8.857

9.648

10.469

11.342

11.342

Langlopende leningen (> 1 jaar)

55.908

69.847

98.481

102.448

97.415

98.415

TOTAAL FINANCIERINGSMIDDELEN (B)

111.808

118.875

148.819

152.968

149.157

150.576

FINANCIERINGSTEKORT/-OVERSCHOT (A-B)

14.717

4.338

6.850

6.587

7.722

7.320

Blauw: er zijn voldoende middelen beschikbaar.
Rood:    er zijn onvoldoende middelen beschikbaar.

Voor de berekening van de financieringslasten wordt uitgegaan van:

  • de door de budgethouders aangegeven uitputtingsritmes voor kredieten, reserves en voorzieningen.
  • de vastgestelde cashflows van de lopende grondexploitaties.
  • de aanname dat de uitgaven gelijk verdeeld zijn over het jaar.
  • een rentepercentage voor kort geld van 1,7 %.
  • een rentepercentage voor lang geld van 1,7 %.
  • een “omslagrente” van 1,7 % voor de investeringen.
  • het ten laste brengen van de rente ‘tijdens de bouw’ aan het krediet.
  • ramingen uit de financiële begroting zijn gebaseerd op: ramingen meerjarenschijf 2021 van de begroting 2020, inclusief de begrotingswijzigingen tot en met juni 2020, waaronder de verwerking van de kadernota en de 1e tussenrapportage.
  • investeringsplan 2021-2024, zoals met de programmabegroting wordt vastgesteld.
  • geraamde dotaties en onttrekkingen aan reserves en voorzieningen zoals met deze programmabegroting wordt vastgesteld.
Deze pagina is gebouwd op 10/14/2021 17:55:18 met de export van 10/14/2021 17:43:08